De Nederlandse Zorgautoriteit heeft de kosten van de wijkverpleging in kaart gebracht en gaat op basis daarvan nieuwe tarieven bepalen.

Onder wijkverpleging valt zowel de verzorging als de verpleging van cliënten in de thuissituatie. Uit het onderzoek uitgevoerd door PwC blijkt dat de kostprijs voor verpleging lager is dan het huidige maximum tarief en dat de kostprijs voor verzorging hoger is dan het tarief. Aangezien het aandeel verzorging groter is dan het aandeel verpleging heeft dit bij enkele thuiszorgaanbieders geleid tot verlies.

Bij het kostenonderzoek hebben we gebruik gemaakt van data uit openbare bronnen en de gegevens die we hebben verzameld door een uitvraag bij 80 zorginstellingen en 40 zzp'ers. Het onderzoek biedt, naast inzicht in de kostprijs per prestatie, goed inzicht in de opbouw van de kostprijs van de verschillende deskundigheidsniveaus. Dat maakt het voor zorgorganisaties in de thuiszorg mogelijk een vergelijking te maken tussen hun eigen situatie en het gemiddelde resultaat van de sector op het gebied van personeelsinzet, productiviteit en overhead.

Op basis van het kostenonderzoek gaat de NZa met de branches en verzekeraars in gesprek om tot nieuwe tarieven voor 2018 te komen. Het kostenonderzoek geeft een goed beeld van de huidige praktijk, maar daaruit blijkt niet of de geboden zorg ook tot de beste uitkomsten leidt. Op dit moment ontwikkelen wij samen met alle veldpartijen een nieuw bekostigingsmodel voor de wijkverpleging. Samen met praktijk experts en een aantal universiteiten doen we onderzoek naar cliëntkenmerken die voorspellend zijn voor zorginzet en die kennis geven over groepen cliënten die wijkverpleging krijgen. De kenmerken moeten inzichtelijk maken welke zorg effectief is en hoe verpleging en verzorging tot de beste uitkomsten komt.

Onderzoek tariefherijking verpleging en verzorging (PwC)

Bron: NZa