Zelfstandigen blijven onmisbaar als invaller en voor diensten die een aanbieder niet zelf in huis heeft
Zorgaanbieders zetten massaal in op een dienstverband voor hun medewerkers. Ze streven naar gelijke kappen voor medewerkers en een vast gezicht voor hun cliënten. De uitdaging is om het vaste personeel de vrijheid te geven die het verlangt om over voldoende krachten te beschikken die kunnen voorzien in de almaar stijgende zorgvraag. Zelfstandigen blijven onmisbaar als invaller en voor diensten die een aanbieder niet zelf in huis heeft.
Ongeveer een op de negen zorgverleners laat zich als zelfstandige zonder personeel (zzp) inhuren. Bij alle beroepen in de zorgsector is het aandeel zelfstandigen de afgelopen jaren gestegen. Zelf bepalen wanneer en hoeveel je werkt is de meest genoemde reden om zzp’er te worden, blijkt uit de zelfstandigenenquête van het Centraal Bureau van de Statistiek (CBS).
De nadelen van de inhuur van zelfstandigen zijn meer druk op het vaste personeel, wisselende gezichten voor de cliënt en hogere kosten voor zorgaanbieders. Daarom proberen sommige zorgaanbieders de inhuur van zelfstandigen af te bouwen. Vanaf 2025 hebben zorgaanbieders een extra argument; de belastingdienst gaat handhaven op schijnzelfstandigheid.
Structurele inzet kan duiden op schijnzelfstandigheid
Bij de inzet van een deel van de zelfstandigen is het risico op schijnzelfstandigheid klein. Bijvoorbeeld als zelfstandigen bijspringen wanneer een zorgaanbieder kampt met ziekteverzuim of vakanties. Of als specialisten zich incidenteel laten inhuren voor diensten die een zorgaanbieder niet zelf kan leveren. Het derde type zelfstandigen met weinig risico betreft zorgverleners die zich direct door cliënten laten inhuren.
In gevallen waar zzp’ers vaste diensten voor een of meerdere zorgaanbieders werken kan wel sprake zijn van schijnzelfstandigheid. Vastigheid kan duiden op een gezagsverhouding waarbij iemand eigenlijk onderdeel van de organisatie is. Nu de belastingdienst gaat handhaven kunnen schijnzelfstandigen in vaste dienst treden, zich laten inhuren via een detacheringsbureau of als echte zelfstandige ondernemer gaan werken. Een andere oplossing is dat werkgevers de inhuurovereenkomsten anders vormgeven in een poging om te voldoen aan de eisen van de belastingdienst. Al controleert de belastingdienst ook hoe de werkzaamheden daadwerkelijk worden uitgevoerd.
Risico op schijnzelfstandigheid verminderen
Zorgaanbieders zien hun kans schoon om zzp’ers in vaste dienst te nemen. Met name ziekenhuizen lijken hiertoe in staat. Met ongeveer 6 procent van hun personeel dat niet in loondienst is, zijn ziekenhuizen het minst afhankelijk van externen. Zorgaanbieders in de gehandicaptenzorg, jeugdzorg, ouderenzorg en geestelijke gezondheidszorg leunen al voor meer dan 10 procent op externen. Toch willen sommige aanbieders alleen met externe medewerkers verder als ze in loondienst treden.
Aanbieders in de eerstelijnszorg werken nog vaker met zelfstandigen. Zo is 24 procent van de artsen zzp’er en 28 procent van de fysiotherapeuten. Een deel van hen werkt voor een praktijk of ziekenhuis waarbij sprake kan zijn van een gezagsverhouding. Meerdere ziekenhuizen geven al aan de inhuur van zzp’ers af te willen bouwen. Praktijken van huisartsen, tandartsen en fysiotherapeuten lijken minder happig. De constructie is fiscaal voordelig omdat zelfstandigen minder belasting hoeven af te dragen en de werkgevers minder premies. Bovendien loopt de praktijkhouder minder risico als iemand uitvalt of de vraag naar zorg even minder is. Het is ook de vraag of de belastingdienst voldoende bezetting heeft om kleine aanbieders en praktijken te controleren.
Groei zorgsector kan personeelsvraag verder doen stijgen
Juist het personeelstekort is de reden waarom het vaste dienstverband nog niet zo snel terrein zal winnen. De branches die zwaar op zelfstandigen leunen, kunnen waarschijnlijk niet meteen zonder hen. Bovendien is volgend jaar weer een stuk meer geld beschikbaar voor zorg. De zorgsector groeit naar verwachting met 4 procent. Met name de ouderenzorg en gehandicaptenzorg beschikken over meer middelen dankzij geschrapte bezuinigingen. Dit zal de strijd om het schaarse personeel versterken. Zorgaanbieders die personeel goed weten aan te trekken en behouden, dus ook tegemoet komen in het verlangen naar flexibele werktijden voor vaste werknemers, kunnen meer en betere zorg leveren.
Meer informatie
Lees alle feiten en ontwikkelingen in het rapport 'Werkgevers worstelen met handhaving schijnzelfstandigheid'.
Bron: ABN AMRO