Hersenschade bij pasgeborenen komt voor bij voldragen kinderen bij wie tijdens of kort na de geboorte zuurstofgebrek of een beroerte ontstaat.
Onderzoeker Cora Nijboer werkt aan een stamceltherapie voor het repareren van hersenschade bij pasgeboren kinderen. “We ontdekten dat we de stamcellen ook kunnen toedienen met neusdruppels.”
Hersenschade bij pasgeborenen komt voor bij voldragen kinderen bij wie tijdens of kort na de geboorte zuurstofgebrek of een beroerte ontstaat. Het overkomt ook te vroeggeboren kinderen met een onrijp brein, bij wie ontsteking vaak een rol speelt. Cora Nijboer, medisch biologisch onderzoeker van het UMC Utrecht: “Er zijn verschillende typen hersenschade. Op ons lab hebben we daar diverse dier- en celkweekmodellen voor ontwikkeld. Daarmee kunnen we de hersenschade bij pasgeborenen nabootsen. Er zijn zó veel celtypes en celstoffen waarmee we kunnen variëren.”
Vertalen naar de kliniek
Dat gepuzzel heeft Nijboer en haar collega’s al heel wat basale kennis opgeleverd die kan worden toegepast in de kliniek. “We weten nu dat andere hersencellen soms een grotere rol spelen dan de neuronen. Bij te vroeg geboren kinderen met hersenschade gaan niet primair de neuronen stuk, maar ligt het probleem bij de oligodendrocyten. Die zijn verantwoordelijk voor de vetlaagjes om de neuronen die zorgen voor een efficiënte signaaloverdracht tussen hersencellen.” Dat soort kennis kan soms snel worden vertaald naar de kliniek. En dat is goed nieuws voor de patiënt, want nieuwe therapieën zijn hard nodig. “Er loopt veel onderzoek naar hersenschade, maar weinig daarvan dringt uiteindelijk door tot de kliniek. Veel therapieën zijn gericht op het vroeg voorkomen van schade, maar in veel gevallen zijn we te laat. Voor die kinderen kunnen we nu nog maar weinig doen. Dat is heel schrijnend.”
Neusdruppels
Regeneratieve geneeskunde kan een rol spelen in die klinische behoefte, denkt Nijboer. Zij en haar collega’s ontdekten dat stamcellen uit het beenmerg en de navelstreng het brein kunnen aanzetten tot reparatie. Maar zeker bij een pasgeborene is injecteren in het brein vaak niet de beste optie, dus gingen Nijboer en haar collega’s op zoek naar andere toedieningsroutes. “We ontdekten dat we de stamcellen ook kunnen toedienen met neusdruppels. De stoffen die beschadigde of ontstoken hersencellen produceren, ‘lokken’ de stamcellen het brein in.” Daardoor migreren de stamcellen vanuit zichzelf naar de plek waar ze nodig zijn. Daar remmen ze de ontsteking en geven ze groeifactoren af, die de eigen stamcellen in de hersenen vervolgens aanzetten tot herstel. Het onderzoek loopt zo voorspoedig, dat de eerste voorlopige veiligheidstests met patiënten deze zomer kunnen starten.
Winst
Deze mogelijke nieuwe behandelmethoden zijn voor Nijboer een grote motivatie. “In de zestien jaar dat ik meeloop in dit onderzoeksveld, hebben we een grote vertaalslag gemaakt naar de kliniek. Het is fantastisch om dit onderzoek voor patiënten te doen. Dit zijn de jongste patiënten die je kunt behandelen en juist bij hen is nog zo veel te winnen.”