Mensen die een eigen bijdrage moeten betalen voor de Wet maatschappelijke ondersteuning of de Wet Langdurige zorg kunnen hun eerste rekening sneller krijgen.

Nu duurt het veelal zo lang voor nieuwe patiënten de eerste rekening krijgen, dat zij meerdere bijdragen tegelijk moeten betalen. De Nederlandse Zorgautoriteit heeft onderzocht hoe dit stapelen van rekeningen voorkomen kan worden.

Samenwerken
De facturen voor de eigen bijdragen worden verstuurd door het CAK. Dat is voor het opmaken daarvan afhankelijk van verschillende instanties die gegevens aan moeten leveren, zoals de gemeenten, de zorgaanbieders, de zorgkantoren, het UWV en de Belastingdienst. Er kan tijdwinst geboekt worden als deze instanties hun procedures meer op elkaar afstemmen en als zij afspraken maken om beter samen te werken.

De NZa stelt voor dat:

  • Het CAK en het ministerie van VWS nagaan of het beleid voor de eigen bijdragen in de Wmo en de Wlz gelijkgetrokken kan worden. Nu wordt bijvoorbeeld in de Wmo en de Wlz een ander begrip van 'loon' gehanteerd bij het vaststellen van de eigen bijdrage.
  • Informatie van gemeenten en de belastingdienst hergebruikt wordt als een cliënt van de Wmo overgaat naar de Wlz. Nu moet deze informatie opnieuw worden aangeleverd.
  • Gegevens die zorgaanbieders aanleveren aan gemeenten en zorgkantoren gelijktijdig toegestuurd worden naar het CAK.

De NZa controleert de manier waarop het CAK de Wmo en de Wlz uitvoert. In het rapport 'Doorlooptijd facturatie eigen bijdragen nieuwe klanten en incassoproces CAK 2016' doet de NZa ook een aantal aanbevelingen om het incassoproces te verbeteren. Zo adviseren wij het CAK meer rekening te houden met het betaalgedrag van cliënten: als mensen eerdere rekeningen op tijd hebben voldaan is het wellicht niet nodig om bij de eerste te laat betaalde rekening direct een incassobureau op hen af te sturen.

Bron: NZa